2014 Mâcon-Villages, Nicolas Potel, Burgundy, France, Mâcon-Villages

Samen met Bordeaux en Champagne is Bourgondië een van de bekendste wijngebieden in Frankrijk. Men vindt er, buiten klimaat- en bodemdiversiteit, twee uitzonderlijke variëteiten : Pinot Noir, aan de basis van de beste rode wijnen en Chardonnay waarvan de grote witte Bourgognes gemaak worden.

Het Maison Nicolas Potel bouwde een internationale reputatie uit voornamelijk door het maken van wijn uit de mooiste terroirs van de regio.

Bij de oogst, een cruciaal moment, worden de druiven systematisch gesorteerd om aan de ene kant de ongewenste druiven te verwijderen en aan de andere kant de kwaliteit van de oogst precies te evalueren. Dit is een indicatie voor het werk nadien.

Bij het wijnmaken proeven ze de cuvées twee of drie keer per dag om hun aromatische evolutie te volgen. Na het aflopen, doen ze een zeer zachte persing met een verticale pers, nadien een debourbage voor het vullen van de vaten.

In de kelder kozen ze ervoor om interventie zo veel mogelijk te vermijden. Dit wil zeggen de wijnen voldoende te debourberen door te opteren voor een veroudering op fijne droesem gedurende 12 tot 16 maanden zonder rekken met een minimum aan SO2, een bescherming voornamelijk door carbongas van de laattijdige malolactische fermentaties. Al hun wijnen worden overgeheveld net voor het bottelen en geassembleerd in vaten om de uniformiteit van de cuvée op de fles te bekomen. Het overhevelen op ouderwetse wijze : de wijnen worden overgeheveld door de ‘Broquereau’, wat wil zeggen het onderste gat van het vat, met behulp van een fontein. Dit laat toe om hen zonder een pomp luchtledig te trekken en het overhevelen af te werken met een tastevin om erg zeker te zijn over de schittering van de wijn (dus goed gescheiden van de lie, en belangrijker voor de ongefilterde cuvées.)

Ze volgen de biodynamische kalender en proberen hun wijnen te bewerken volgens hun stijl, op worteldagen of op fruitdagen om hun individualiteit beter te respecteren.

Vanaf de druifselectie tot het bottelen besteden ze bijzondere aandacht aan de expressie van hun terroirs zodat zij hun aromatische eigenschappen uitdrukken. Als principe houden ze rekening met de kwaliteit van de bodem, de blootstelling en gezondheid van de wijnstokken en het werk geleverd door partner-wijnbouwers.

Bovendien voeren ze een nauwgezet onderzoek en opvolging van de percelen uit, eerst visueel en met de gegevens voorzien door de wijnbouwers, vervolgens technisch, door de opvolging qua wijnbouw van de percelen om deze wijnbouwers raad te geven over de verschillende oriëntaties die ze samen beslissen.

Een kwaliteitswijn is voor alles een natuurlijke wijn. Dit is waarom ze slechts een minimum aan interventies doen tijdens de vinificatie. Ze vinden, in feite, dat aangezien elk jaar anders is, ze hun vinificatie-stijl moeten aanpassen aan elke jaargang. Ze richten zo hun werk op het gevoel en de smaak eerder dan op de resultaten van analyses en verslagen van vinificatie.